Kleine Pan is niet zo groot en sterk als Strong, zijn oudere broer. Hij is ook niet zo’n speelvogel en wildebras als zijn nichtjes, Bles en Sproet. Liever zit hij rustig in zijn eentje op de Grote Steen, luisterend naar het gezang van de wevervogel. Of op de Hoge Rots, genietend van de zon, die elke avond weer de lucht vol schitterende kleuren schildert, en de sterren, die daarna een voor een voor een de hemel laten glinsteren.

Maar op een dag strijken er vreemde bleke kwieten neer in het woud…

Kleine Pan is een spannend verhaal over moed en zelfvertrouwen en over hoe groot klein kan zijn.

Voorlezen vanaf 4 jaar
Zelf lezen vanaf 7 jaar

Lang geleden, in het midden van vorige eeuw, landde hij naar verluidt luid rinkelend op aarde en werd meteen Marc de Bel gedoopt. Christelijk, met alles erop en eraan: water, zout en olijfolie (eerste persing). Van dat zout heeft hij nog altijd dorst en die olie heeft wel een gladde jongen van hem gemaakt. De ufo, die hij achter de seringenstruik in de tuin van zijn ouders dropte, heeft hij daarna nog één keer teruggezien. Hij schrok zich rot, omdat hij dacht dat hij hem weer op kwam halen. Maar dat was gelukkig niet het geval. Marc wil hier immers best nog wat blijven, samen met zijn vrouw en hun twaalf kinderen. En uiteraard ook om die 37 boeken, die momenteel in zijn hoofd zitten, uit te schrijven.