Dit boek is geschreven door de bril van een zesenzestigjarige man. Deze man was in zijn prille jeugd vast progressief en avontuurlijk te noemen. Toch waren er diverse fases in zijn leven waarin hij niet gelukkig was, maar dit deelde hij, toen, met niemand.
In dit boek leest u zijn kijk op de verandering der tijden, en wat dit voor mensen heeft veranderd. Ook wordt een belangrijk deel van dit boek besteed aan wat er is veranderd voor de huidige jeugd, en welke moeilijkheden dit voor hen meebrengt, door wat ouderen hen opleggen. Natuurlijk is er ook aandacht voor de verandering van de politiek, en wat dit heeft gedaan met de verandering van de tijd waarin wij leven.
Aan het eind van dit boek, geeft de auteur zijn eigen mening, over de stelling van de titel van dit boek. Zijn hoop is, dat mensen de tijd waarin wij leven zijn eigen plaats zullen kunnen geven. Met ruimte voor voldoende verdraagzaamheid voor iedereen, voor het doen van concessies, en het tonen van begrip en steun voor onze jeugd. Onze jeugd, die soms gebukt gaat onder die verandering van de tijd waarin wij leven, omdat ouderen de dingen anders zien, vanuit de gedachte aan een wereld waarin die jeugd nog niet bestond.